Provincie Groningen heeft na Zeeland de meeste honderdplussers

Voor ouderen is het goed vertoeven in de provincie Groningen. Dat kan geconcludeerd worden dankzij een analyse van het ANP/LocalFocus op basis van recent bijgewerkte cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Steeds meer Groningers passeren de magische grens van 100 jaar.

Nederland telde begin dit jaar bijna 2600 honderdplussers. Dat zijn er ruim vierhonderd meer dan vijf jaar geleden. Het CBS voorspelde een aantal jaar geleden al dat de groep honderdplussers vanaf 2020 snel groter zou worden vanwege een 'kleine babyboom', die plaatsvond na de Eerste Wereldoorlog. Dat heeft er in ieder geval voor gezorgd dat er in de provincie Groningen dit jaar 115 inwoners hun (meer dan) honderdste verjaardag vieren.

Van deze 115 inwoners zijn er 93 vrouw (80,9%) en 22 man (19.1%). Volgens het CBS is dat logisch, aangezien vrouwen gemiddeld gezien ouder worden dan mannen. In Nederland is ruim acht op de tien honderdplussers vrouw. Wel valt op dat de groep mannen van honderd jaar of ouder in de afgelopen jaren verhoudingsgewijs sneller is gegroeid dan het aantal vrouwelijke honderdplussers. Zo zijn er in Groningen in de afgelopen vijf jaar vijftien mannen bijgekomen - van zeven naar 22 - en twintig vrouwen - van 73 naar 93.

In Groningen zijn er per tienduizend inwoners bijna twee (1,9) mensen de grens van honderd jaar gepasseerd. Alleen in Zeeland (2,7) vormen de honderdplussers een groter deel van de bevolking. In de buurprovincies Friesland en Drenthe zijn er net iets minder eeuwelingen te vinden, namelijk 1,8 mens per tienduizend inwoners. De meeste honderdplussers wonen in de gemeente Groningen en de gemeente Westerkwartier. De eeuwelingen in deze gemeentes leverden op 1 januari van dit jaar veertig procent op van het totaal aantal honderdplussers in de provincie. In de gemeente Pekela wonen de minste mensen die de honderd zijn gepasseerd, namelijk drie.