Rabo-economen leggen vinger op de zere plek en bieden wankel perspectief

Opnieuw ligt er een rapport dat de schijnwerper richt op waar onze regio al decennia mee kampt: het Noorden kan economisch niet meekomen. Dat niet alleen, ook de brede welvaart blijft achter. Mensen hebben hier minder vaak betaald werk, ze zijn gemiddeld minder gezond en overlijden eerder.
Deze keer zijn het economen van RaboResearch, die in een zeer leesbaar rapport zeggen dat er ’werk aan de winkel is’. De economie in de provincie Groningen en de as naar Assen, de Metropoolregio Groningen noemen ze dat, doet het minder goed dan gemiddeld in het land en stukken minder goed dan groeiregio’s zoals die rond Utrecht en Amsterdam of Brainport Eindhoven.
Daar tolt het vliegwiel van bedrijvigheid als een dolle in de rondte, met een explosie van groei en banen tot gevolg. Daar beleefden ze ‘de triomf van de stad’, iets dat hier uitbleef.
De Rabo-economen hebben een behoorlijk ernstige boodschap. Er moet echt wat gebeuren wil het gebied niet verder afglijden.

Boodschap doet pijn

Helaas vernemen we dit jaarlijks een keer of wat. De ene keer zijn het wetenschappers van de Universiteit, dan is het de provincie of anders wel een onderzoeksbureau als E&E Advies. Telkens is de conclusie dezelfde.
Waarmee niet is gezegd dat de rapporten niet belangrijk of niet waardevol zijn. Dat zijn ze beslist wel. Want de boodschap doet pijn en is pijnlijk. Denk daarbij aan het gezin in Oost-Groningen dat zich al meerdere generaties niet aan armoede weet te ontworstelen.
Wat het pas echt tot een serieuze kwestie maakt is dat de achterstand in de afgelopen decennia alleen maar verder is opgelopen. Begin van deze eeuw liep het hele Noorden ongeveer 43.000 banen achter. Die achterstand is in twintig jaar tijd gegroeid naar 65.000 banen. De regio kan de rest van het land dus gewoon niet bijbenen.
Welvaart raakt steeds ongelijker over het land verdeeld
Welvaart raakt dus steeds ongelijker over het land verdeeld. Dat is niet alleen erg slecht voor dat gezin in Oost-Groningen en voor die ondernemer die geen goed geschoolde werknemer kan vinden, omdat die na zijn studie is vertrokken naar een plek waar hij wel een goedbetaalde baan kon krijgen. Het is ook slecht voor Nederland als geheel, want er liggen hier mogelijkheden die onbenut blijven.
Directeur Carlo Ezinga van Rabobank Groningen Drenthe met CdK Rene Paas bij de presentatie van het Rabo-rapport.
Directeur Carlo Ezinga van Rabobank Groningen Drenthe met CdK Rene Paas bij de presentatie van het Rabo-rapport. © RTV Noord

Fundamentele zwakte

Wat het Rabo-rapport blootlegt is de voortdurende en fundamentele zwakte van deze regio. Economen zeggen dan: de structuur is te ijl. Bedrijven zitten letterlijk en figuurlijk op te grote afstand van elkaar. Dat geldt ook voor bedrijven en een instituut als de RUG, traditiegetrouw een uitstekende onderzoeksuniversiteit, maar met te weinig binding met ondernemers in het gebied.
Dat lijkt misschien niet zo erg, maar regio’s kunnen groeien doordat bedrijven de koppen bij elkaar steken en clusters vormen waaruit initiatieven groeien en nieuwe dingen worden ontwikkeld. Ze zijn er wel, in de groene chemie heb je bijvoorbeeld Chemport Europe, in Life Cooperative werken ondernemingen samen rond gezond ouder worden en in Oost-Groningen loopt het kansrijke InnovatieHub, een samenwerking van Avebe, Hempflax en Nedmag.
Maar er zijn hier te weinig van dergelijke lokale en regionale groeimotoren. En meer banen moeten nu eenmaal van bedrijven komen, niet van de overheid, die kan hooguit zorgen voor de juiste voorwaarden als goede wegen en industrieterreinen.

Regio is aan lot overgelaten

Daar komt bij dat de regio behoorlijk aan zijn lot is overgelaten door Den Haag. Tot in de jaren tachtig bestond er regionaal beleid gericht op versterking van zwakkere regio’s.
Ondersteuning van achterstandsgebieden werd echter vervangen door het idee dat wat sterk was nog sterker moest worden. Geld ging naar de Randstad en groeibriljanten als Schiphol en de Rotterdamse haven. Zou daar de welvaart stijgen, dan zou de rest vanzelf wel meeprofiteren. Ook het latere Topsectorenbeleid gaat uit van die gedachte.
De praktijk is echter dat het idee van doorsijpelende welvaart niet functioneert. Groei van Schiphol brengt geen banen naar het Hogeland of het Westerkwartier.

Zinvolle aanbevelingen

De economen van Rabobank doen een paar zinvolle aanbevelingen. Onder meer zeggen ze dat de regio scherper moet kiezen en ambitieuzer moet zijn. Leiderschap vanuit bedrijfsleven en politiek kan hier volgens hen ook wel een graadje inspirerender.
Meer visie en lef dus. Bijvoorbeeld met groene chemie en de energietransitie, met name de overstap naar waterstof biedt uitstekende ontwikkelingskansen. Metropoolregio Groningen heeft het zelfs in zich ‘dé duurzame energieregio van Nederland te worden’. Want ’nergens in het land is de uitgangspositie hiervoor zo overtuigend aanwezig als in deze regio’.

Dezelfde inhoud en boodschap

Het is vervelend om te constateren, maar toch is de kans groot dat over vijf jaar, wanneer de Rabo-economen de regio nog eens tegen het licht houden, er een rapport verschijnt met opnieuw dezelfde inhoud en boodschap. Het Noorden - op de stad Groningen na - zal nog steeds het landelijke groeitempo niet kunnen bijbenen. Niet zo gek, want aan de echte zwakte van het gebied zal weinig zijn veranderd.
Maar er is wel een uitweg, want zoals Commissaris van de Koning René Paas maandag zei bij de presentatie van het Rabo-rapport: ‘De adviezen lijken op de koers die we al zijn ingeslagen’. Dus als de plannen rond duurzame economie, energietransitie met groene energie op zee en (onzekere en dure) waterstofinitiatieven hier echt van de grond komen, dan krijgen we hopelijk ook hier het vliegwiel eindelijk een keer op tempo.