Deze Dag: de geboorte van de provincie Groningen

'Een batterij van zestig kanonnen neemt de stad elke dag weer onder vuur'
'Een batterij van zestig kanonnen neemt de stad elke dag weer onder vuur' © bewerkt door RTV Noord
Als Groningers zijn we allemaal een beetje jarig vandaag. Gefeliciteerd! Op deze dag, 23 juli 1594, wordt de stad Groningen veroverd op de koning van Spanje. Het is de geboorte van de provincie Groningen, die voortaan met de Ommelanden als Stad en Lande deel uitmaakt van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.
De Spaanse, katholieke overheersing van de stad is daarmee voorbij. Het zijn de legers onder aanvoering van de Oranjeprinsen Maurits en zijn neef Willem Lodewijk, die de stadse verdedigers tot overgave dwingen. Of eigenlijk moeten we spreken over Maurice en Guillaume, want de oranjevoertaal was destijds Frans.
Twee maanden lang is er gevochten. Een bloedige strijd, waarbij de stad zwaar met artillerie beschoten wordt. Een batterij van zestig kanonnen neemt de stad elke dag weer onder vuur. Vierhonderd Spanjaarden en driehonderd andere verdedigers sneuvelen. Het stadsbestuur had gerekend op hulp door Spaanse troepen van de hertog van Parma. Maar die is door koning Philips naar Frankrijk gestuurd, want ook daar moeten de protestanten te vuur en te zwaard worden bestreden.
Maurits laat intussen een tunnel graven, waardoor de Oosterpoort met explosieven kan worden ondermijnd. De stad capituleert ten slotte. Maar onder de Groningse burgerij breekt een opstand uit: zij wil doorvechten.
Albert Jarges, een van de vier burgemeesters, is hun aanvoerder. Hij leidt het gevecht tegen Maurits. Maar als die zijn explosieven in de Oosterpoort laat ontploffen, vallen 150 doden. De stad geeft zich vrijwel meteen over. Maurits en Willem Lodewijk blijken bereid om een gunstige regeling te treffen. De stad Groningen behoudt haar handelsrechten. Bovendien krijgen de Spaanse troepen een vrije aftocht, met wapens en bagage.
Henk Boels en Albert Buursma schrijven in de Verhalen van Groningen over de frustratie van de heren van de Ommelanden, die hadden gehoopt te worden beloond voor hun trouw aan de Oranjezaak. Maar: ‘Niets ervan! Geen afschaffing van het stapelrecht! Geen apart Ommelander gewest!’ Stad en Ommeland moeten het iedere keer eens zien te worden over de zaken die ze in de Staten-Generaal naar voren willen brengen.
In godsdienstig opzicht waren Maurits en Lodewijk rechtlijnig. Een verzoek om althans één katholieke kerk voor de eredienst open te mogen houden, wordt afgewezen. Na de capitulatie vertrekken alle monniken en priesters. De meesten zijn al vanuit de Ommelanden naar de stad gevlucht. Tezamen met de overlevenden van het bezettingsleger trekken ze nu naar de Zuidelijke Nederlanden. Het stadsbestuur wordt gezuiverd van katholieken: de mis is officieel verboden.
Bij de aanleg van de nieuwe ringweg zijn de afgelopen jaren diverse kanonskogels aangetroffen, die bij het beleg van Groningen zijn afgevuurd. Het zijn de stille getuigen van de strijd die eindigde met de geboorte van onze provincie op deze dag, 23 juli 1594. In de geschiedenisboeken is die terecht gekomen als ‘de reductie’. Het Latijnse ‘reductio’ betekent 'terugbrengen'. Bedoeld wordt de terugkeer naar de Republiek. Het beleg van Groningen dat daarvoor nodig was, duurde twee maanden. Een strijd die onvermijdelijk was: in de vijf jaar daaraan voorafgaand werden de toegangswegen tot de stad één voor één ingenomen.