Alie verloor een eeneiige tweeling, maar kreeg die later alsnog: 'Een wonder van de natuur'

Alie van Aarsen met een foto van haar tweelingdochters
Alie van Aarsen met een foto van haar tweelingdochters © Erik Hulsegge/RTV Noord
Alie van Aarsen uit het Oost-Groningse buurtschap De Bult was zwanger van een eeneiige tweeling. Twee bijna identieke meisjes groeiden in haar buik. Maar na 26 weken ging er iets gruwelijk mis: het ene meisje werd doodgeboren, haar tweelingzusje verloor het leven één dag na de bevalling.
Vier jaar later kreeg Alie alsnog een eeneiige tweeling, opnieuw twee meisjes. Een openhartig verhaal van een moeder over een wonder van Moeder Natuur.

'Eén kind is ook maar één'

Zij uit Joure ontmoet haar man Gerrit uit Follega in 1980 ergens halverwege in Rohel, in discotheek De Vrolijkheid. In de overvolle disco is het liefde op het eerste gezicht tussen de boerenzoon en de verpleegkundige. Een jaar later zijn ze al getrouwd. Niet lang daarna komt hun zoon Andries huilend, blozend en gezond ter wereld.
Alie en Gerrit trouwen een jaar na hun ontmoeting
Alie en Gerrit trouwen een jaar na hun ontmoeting © Eigen foto
‘Ach’, denken Gerrit en Alie, ‘één kind is ook maar één, we willen er nog graag een kindje bij.’ Alie wordt al gauw weer zwanger. De zwangerschap wordt snel en ruw afgebroken. Alie krijgt een miskraam. ‘Dat is natuurlijk niet fijn’, vertelt Alie aan de tafel in de woonkamer van de boerderij aan de boorden van de Westerwoldse Aa. ‘Maar tegelijkertijd is het ook de natuur. Die zag dat er iets niet goed was.’
Het weerhoudt het stel er niet van om het nog eens te proberen. En ja, drie jaar na de geboorte van hun eerste zoon wordt ze opnieuw zwanger. Alles gaat goed, maar na een maand of vijf heeft Alie plotseling bloedverlies. De huisarts stuurt haar naar het ziekenhuis voor een echo. Daar wacht haar een verrassing.

'Als dit maar goed gaat'

Bij de echo blijkt er niet één kindje in de buik te zitten, maar twee. Alie is zwanger van een eeneiige tweeling, van twee meisjes. Verder lijkt er niks aan de hand. ‘Dat was natuurlijk prachtig, dat we een tweeling zouden krijgen. Maar ik dacht toen al zoiets van: als dit maar goed gaat.’
Een maand later voelt Alie - ze is dan 26 weken zwanger - dat er iets niet goed zit in haar buik. Ze voelt het ene kindje niet meer bewegen. Opnieuw wordt een echo gemaakt en dan komt het vreselijke nieuws: een van de meisjes leeft niet meer.
Vanuit het ziekenhuis in Heerenveen wordt ze met spoed overgebracht naar het Academisch Medisch Centrum in Amsterdam. Daar wordt onder begeleiding van een groot medisch team eerst het niet meer levende kindje geboren. Haar zusje wordt na de geboorte meteen overgebracht naar de intensive care en in een couveuse gelegd.

Begrafenis

Alie, verzwakt door de heftige bevalling, wordt in een ziekenhuisbed naar een kamer gereden en moet alleen met haar emoties de nacht doorbrengen. Ze zou haar baby nooit meer zien. Een dag later hoort ze dat ook haar tweede kindje, dat nog wel - vernoemd naar oma - de naam Wapke krijgt, is overleden.
‘Het was echt vreselijk. Ik kon de geluiden van baby’s niet meer horen en de dikke buiken van zwangere vrouwen niet meer zien. Ik wilde alleen maar naar huis.’ Ondertussen wordt thuis de begrafenis van de tweeling geregeld.
Het was volop zomer, maar de bomen, het land, niets had meer kleur
Alie van Aarsen
Man Gerrit brengt de meisjes twee dagen later, het is dan eind mei 1986, alleen naar het graf. Verzwakt als Alie is, kan ze niet mee en blijft ze met zoon Andries thuis. Er breekt een pikdonkere periode aan voor het gezin en vooral voor Alie zelf.
‘Ik had last van hyperventilatie en durfde ook geen auto meer te rijden. Ik was zo verdrietig. Zelfs zo verdrietig, dat ik alles grijs zag. Het was volop zomer, maar de bomen, het land, niets had meer kleur. Het was letterlijk een zwarte periode.’

Ontbreken van steun

Het verlies van de tweeling hakt er enorm in en niet alleen om de dood van de kinderen. Wat haar ook in het hart treft, is de steun van haar vrienden en familie. Of beter gezegd: het ontbreken van steun. ‘Niemand van de familie of van de vrienden is bij ons geweest. Ook mijn eigen ouders niet. Dat was echt heel erg, heel erg.’
Alie knokt zich er weer bovenop en wat gebeurt er? Ze wordt opnieuw zwanger. ‘We wilden toch wel heel graag een kindje en dan gebeurt het ook nog. In 1987 wordt dochter Wanda geboren.
‘Och, och, ik was zo bang dat er iets mis zou gaan. Ik had er vaak nachtmerries van. Tijdens de bevalling was ik zo bang en gespannen dat ik hartkloppingen kreeg. De zuster laste een pauze in en ik riep keihard: 'Iedereen eruit!' Gerrit is toen gaan wandelen. Ik kreeg een dikke spuit. Binnen een half uur was Wanda geboren. En Gerrit liep nog buiten.’

Twee is ook maar twee

Met Wanda en ook grote broer Andries gaat het zo goed, dat de gedachte van nog een kindje zo af en toe door het hoofd van de Van Aarsens spookt: ‘Twee is ook maar twee en nog eentje is ook wel leuk.’
En ondanks de drukte met de kalveren, want Gerrit en Alie hebben dan al jaren een kalvermesterij (sinds 2009 op De Bult), raakt Alie drie jaar na de geboorte van Wanda weer zwanger. ‘Ik was steeds zo moe. Goh, dacht ik ineens, ik ben weer zwanger.’ En dat was ook zo, nog onwetend hoe zwanger ze was.
‘Weet je wat gek was? Ik stond op een morgen in de kamer die we als kinderkamer hadden bedacht. Ik keek zo in het rond en dacht: hier passen nooit twee bedjes in. Onbewust wist ik al dat er twee op komst waren.’

Weer zwanger

Alie zegt het ook tegen haar man: ‘Het kunnen wel weer eens twee zijn.’ Gerrit wijst het gekke idee van zijn vrouw resoluut van de hand: ‘Dat kan toch helemaal niet?'
Voor de zekerheid gaat ze toch maar even naar de dokter en vervolgens in haar eentje voor de echo. En ja hoor, Alie is weer zwanger van een tweeling. Van een eeneiige tweeling. Van twee meisjes.
Ik heb ze altijd uit elkaar kunnen houden. Hoe? Een kwestie van gevoel
Alie van Aarsen
De zwangerschap gaat goed. Tot vlak voor de bevalling, als Alie eerst zwangerschapsvergiftiging krijgt en dan blijkt dat een van de meisjes in een stuitligging ligt. Toch gaat de bevalling goed.
Andries, Wanda en hun twee zusjes
Andries, Wanda en hun twee zusjes © Eigen foto
Op 6 augustus 1990 wordt eerst Linda geboren en tien minuten later komt Marije ter wereld. Linda is in goede gezondheid en weegt 4,5 pond, Marije is ook vanwege de stuitligging wat zwakjes. Ze weegt drie pond en moet eerst in de couveuse. Alie neemt eerst Linda mee naar huis. Marije komt twee weken later thuis.

Kattenkwaad

De blonde tweelingzusjes beleven een onbezorgde jeugd vol kattenkwaad. Omdat ze zoveel op elkaar lijken, halen ze allerlei streken uit. Zo wisselen ze van klas. Marije gaat op de middelbare school in de klas van Linda zitten en andersom. Niemand die er iets van merkt. Moeder Alie heeft de twee nooit verwisseld. ‘Ik heb ze altijd uit elkaar kunnen houden. Hoe? Een kwestie van gevoel, denk ik.’
Ze beseft dat ze met het verlies en de komst van een tweeling iets heel speciaals heeft meegemaakt. ‘Een tweeling krijgen is zo bijzonder. Dat is dubbel mooi. Veel mensen snappen dat niet. En als je bedenkt wat ik heb beleefd met een miskraam en de tweeling die ik verloren heb, dan is dit dubbel-dubbel zo mooi. Ik kan wel zeggen: een wonder. Echt, een wonder.’
De vier kinderen van Alie en Gerrit
De vier kinderen van Alie en Gerrit © Eigen foto

Zorgvuldig bewaard

De verloren tweeling wordt niet vergeten. ‘Ze zijn er altijd. Ik denk er niet elke dag aan, maar ze zijn gewoon altijd bij me.’
Het graf van de meisjes in Friesland is een tastbare herinnering aan de tweeling. Ook is er nog dat ene fotootje van Wapke, gemaakt op die ene dag dat ze nog geleefd heeft. Die wordt heel zorgvuldig bewaard, in een apart envelopje tussen alle andere familiefoto’s.
In de woonkamer van de boerderij blijven de emoties van een bewogen moederleven hangen in de stilte. Op 'bozzem' staat een schildje met een spreuk in Alie’s moedertaal:
Lear fan juster,
dream fan moarn
en libje hjoed.
Leer van gisteren,
droom van morgen
en leef vandaag
Vandaag vieren Linda en Marije hun 32e verjaardag.