Drachtige koe Sjoukje overleeft zwemavontuur en schenkt leven aan kalf 'Fireman'

Fireman en Sjoukje
Fireman en Sjoukje © Jan Been/RTV Noord
Het was even spannend voor koe Sjoukje afgelopen vrijdag. De drachtige koe belandde aan het eind van de middag in het Van Starkenborghkanaal bij Noordhorn. Tijdens de reddingsoperatie staken de pootjes van het kalf al uit de moeder.
Sjoukje werd gered door de brandweer en binnen een uur na de redding zette ze een kerngezond kalf op de wereld. De eigenaar, boer Arjan Luyendijk, heeft het kalf Fireman genoemd, naar de leden van het brandweerkorps Zuidhorn.
‘Dankzij de hulp van velen is het allemaal zo goed afgelopen’, zegt Luyendijk, ‘Sjoukje en Fireman hebben het avontuur overleefd en hebben er niets aan overgehouden.’

'Ik zag iets groots drijven'

Het was tegen een uur of vijf toen kapitein Allert Timmer van het binnenvaartschip Simcha de koe zag zwemmen in het kanaal.
‘Ik voer van Gaarkeuken naar Zuidhorn en bij de kruising Hoendiep-Van Starkenborghkanaal zag ik iets groots drijven. Ik dacht eerst dat het een ree was, maar het bleek een koe. Het dier stak telkens het kanaal over. Ik heb de sluis in Gaarkeuken opgeroepen en zij hebben de brandweer gewaarschuwd.’
Sjoukje wordt op de wal getrokken. De poten van Fireman steken al naar buiten:
De brandweer trekt de drachtige Sjoukje op de wal
De brandweer trekt de drachtige Sjoukje op de wal © 112Groningen
Hoe Sjoukje in het water is geraakt is niet duidelijk. Luyendijk: ‘De koeien liepen in het weiland naast de boerderij. Langs het land stroomt het Niezijlsterdiep. Er stond wel een schrikdraad, maar dat heeft Sjoukje niet kunnen tegenhouden. Misschien heeft het meegespeeld dat ze onrustig was, omdat ze moest bevallen.'
Ik denk dat Sjoukje wel een kilometer heeft gezwommen
Boer Arjan Luyendijk
Luyendijk vervolgt: 'En mogelijk heeft het er mee te maken dat onze koeien gewend zijn aan water. Ze grazen ook wel bij het Leekstermeer en daar drinken ze uit een ondiepe sloot waar ze ook in kunnen staan. De sloot hier is te diep om in te staan. Gelukkig kunnen koeien goed zwemmen. Ik denk dat Sjoukje wel een kilometer heeft gezwommen. ’

Langs de koe gaan liggen

Sjoukje zwom naar het Van Starkenborghkanaal waar schipper Timmer haar zag zwemmen.
‘Ik heb mijn schip stilgelegd', zegt de schipper, 'en ben langs de koe gaan liggen. Andere schepen werden gewaarschuwd en die minderden vaart. Door voor- en achteruit te manoeuvreren konden we voorkomen dat ze kon oversteken. Ik heb de koe als het ware voorzichtig naar de kant gedrukt. Vanaf een hoog schip kun je verder niet veel doen.’

Gevangen met een lasso

Eenmaal ter plaatse nam het korps Zuidhorn de redding voor haar rekening. Omdat Sjoukje al dichtbij de oever was kon ze met een lasso worden gevangen. De brandweer leidde haar naar een flauw talud dat is aangelegd voor drenkelingen en dieren om zelfstandig uit het kanaal te kunnen klimmen. Begeleid door de brandweer stapte Sjoukje op het droge.
Koe Sjoukje likt Fireman schoon na de geboorte
Koe Sjoukje likt Fireman schoon na de geboorte © Arjan Luyendijk
Een matroos vertelde me nog wel dat hij pootjes uit de koe zag steken
Schipper Allert Timmer
Na de redding voer de Simcha door. Kapitein Timmer: ‘Onze taak zat erop. Een matroos vertelde me nog wel dat hij pootjes uit de koe zag steken.’
Dat bleek inderdaad het geval. Luyendijk: ‘Sjoukje was een dag later uitgerekend, maar tijdens de zwempartij is de bevalling begonnen. We hebben haar snel naar de stal gebracht en drie kwartier later was het kalf er, kerngezond.’

Fireman, als dank voor de inzet van de brandweer

Het kalf kreeg dus de naam Fireman, als dank voor de inzet de brandweer uit Zuidhorn. Ook schipper Timmer kreeg een bedankje.
‘Dat ging via de post Gaarkeuken. De boer liet ons via de sluiswachters weten dat het allemaal goed was afgelopen en bedankte ons voor de hulp. Het is mooi dat moeder en kalf het er gezond vanaf hebben gebracht. Ik vind het normaal om zo iets te doen. een dier in nood moet je helpen. In Duitsland hebben we dit ook al eens bij de hand gehad. Daar hebben we toen een hert kunnen redden.’