'Noord-Nederland biedt voedingsbodem voor antioverheidsextremisme'
Het aantal extremistische incidenten in Noord-Nederland is de afgelopen jaren toegenomen. Ondertussen richt de overheidsaanpak van extremisme zich vooral op jihadisme, waardoor niet wordt gezien dat het Noorden een voedingsbodem biedt voor antioverheidsextremisme.
Dat blijkt uit de woensdag gepubliceerde Fenomeenanalyse Extremisme Noord-Nederland van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) in opdracht van de gemeente Groningen.
Off- en online sociale netwerken
Uit het onderzoek blijkt dat nieuwe vormen van extremisme zijn opgekomen in Noord-Nederland. Deze kunnen veelal gekarakteriseerd worden als anti-overheid en er is een toenemende kruisbestuiving met (vooral) radicaal- en extreemrechts gedachtegoed.
Onderzoeker Pieter Nanninga was te gast bij Noord Vandaag:
In dit nieuwe extremisme spelen formele organisaties een beperkte rol. De bewegingen zijn gebaseerd op losse (offline en online) sociale netwerken en gelegenheidscoalities.
Regionale hoofdpijndossiers
Het extremisme wordt aangewakkerd door regiospecifieke problematiek. Dit betreft niet alleen complexe regionale ‘hoofdpijndossiers’ zoals aardgaswinning en windmolenparken. Ook leven in Noord-Nederland relatief sterke gevoelens van maatschappelijk onbehagen en is er een anti-Randstedelijk sentiment. Hierdoor biedt de regio een voedingsbodem voor antioverheidsextremisme en (nieuwe vormen van) radicaal- en extreemrechts.
Uit het zicht
Er is slechts beperkt zicht op de online activiteiten binnen hedendaagse extremistische netwerken. Dit komt volgens de onderzoekers door een gebrek aan bewustwording en prioritering, maar ook door capaciteitstekorten en door een complexe samenwerking tussen betrokken partijen.
Investeren en bijscholen
De onderzoekers raden aan om te investeren in de capaciteit van politie en gemeenten. Ook pleiten ze voor training en bijscholing, met name wat betreft nieuwe vormen van extremisme en online extremisme. Daarnaast moet de inter- en intraregionale samenwerking verbeteren.
Het is voor het eerst dat in Nederland regio-specifiek naar extremisme en radicalisering onderzoek is gedaan.