De Soepfiets geeft daklozen licht in het donker: ‘Dit is heel waardevol’

© RTV Noord/ Martijn Folkers
Wanneer het koud wordt en het leven op straat nóg harder is dan normaal, staan de mensen van het Leger des Heils op. Met een splinternieuwe soepfiets delen ze soep, broodjes en warme chocolademelk uit. ‘Dit beeld went nooit.’
Bam! De pan met soep wordt even na zes uur 's avonds in volle vaart op het vuur gezet in de keuken van buurthuiskamer Bij Bosshardt van het Leger des Heils in de Oosterparkwijk in Stad.

Soep, broodjes en koffie

Waar half Groningen zich verheugt op een warme maaltijd en zich daarna nestelt op de bank bij de kachel, staan hier drie werknemers van het Leger des Heils in hun vrije tijd broodjes te smeren, koffie te zetten en soep en chocomelk op te warmen. Aline, Sanne en Sylvester zijn vanavond aan de beurt: zij mogen op pad met de Soepfiets. Sylvester laat er op zaterdagavond een volleybalwedstrijd van zijn vrouw voor schieten.
Het uitdelen van een warme maaltijd gebeurt sinds kort met een splinternieuwe bakfiets. De oude was ver over de houdbaarheidsdatum en de vrijwilligers waren iedere keer blij wanneer ze hun ronde in de binnenstad van Groningen hadden gemaakt en de eindstreep hadden gehaald zonder pech onderweg.
Sommige situaties zijn heel triest. Dan is het juist mooi dat je mensen kunt helpen
Sylvester - Leger des Heils
Dit voorjaar startte Sylvester een crowdfundingsactie voor een nieuwe fiets. Binnen no-time was de benodigde 6500 euro bij elkaar. Het trappen is minder zwaar geworden, de nieuwe fiets is elektrisch.

Leven wat minder onaangenaam maken

Het concept van de Soepfiets is helder: de vrijwilligers delen warme soep, chocomelk, broodjes, mutsen en sjaals uit. Soms hebben ze ook kledingbonnen op zak die ze kunnen uitdelen. Op verschillende punten in de binnenstad willen ze het leven van daklozen op straat iets minder onaangenaam maken.
‘We hebben nu een groep van zo’n twintig personen die dit om de beurt doen’, zegt Sylvester. Hij kreeg vorig jaar de vraag of hij de Soepfiets nieuw leven in wilde blazen. Dat is gelukt. Wanneer de dagen korter worden en het kouder wordt, halen de mensen van het Leger des Heils de Soepfiets van stal en gaan ze ermee de straat op.

Praatje maken

‘Zeker met deze kou hebben de mensen die op straat leven wel baat bij een warme maaltijd. Sommigen leven al jaren op straat, sommigen nog maar net. De één worstelt met een verslaving, de ander is verward. Sommige situaties zijn heel triest en dan is het juist mooi dat je mensen kunt helpen.’
Na een klein uur eten te hebben gemaakt, gaan de drie op pad. Vorige week was het een drukke avond, vertellen ze. ‘We hebben vaste punten waar we gaan kijken’, vertelt Sanne onderweg op de fiets. ‘We letten op steegjes, portiekjes, mensen die bepakt en bezakt ergens staan.’

Soep en een praatje

Vanuit de Oosterparkwijk fiets de karavaan eerst naar de Oosterstraat, waar op de hoek bij de supermarkt vaak een groepje daklozen staat. Deze avond staan ze er niet, dus vervolgen de drie hun weg. Ook op de Grote Markt hoeft er geen soep te worden uitgedeeld. Via het A-kerkhof passeren de drie WinterWelVaart, om vervolgens via de Westerhaven weer terug te keren naar het Zuiderdiep. Op de hoek bij de bioscoop kunnen ze stoppen en de klep open doen. Er staan drie daklozen die graag soep willen en een praatje willen maken met de vrijwilligers.
Tekst gaat verder na de foto
De soepfiets van het Leger des Heils aan het Gedempte Zuiderdiep in Stad
De soepfiets van het Leger des Heils aan het Gedempte Zuiderdiep in Stad © RTV Noord/ Martijn Folkers

'Het is overleven op straat'

‘Het is best wel heel waardevol dat dit er is, want ik heb het hartstikke koud en ik krijg nu iets warms binnen’, zegt Alexander, die nu ruim anderhalf jaar op straat leeft. Het leven heeft hem gehard, vertelt hij. De moeder van Alexander overleed, zijn relatie werd verbroken en hij raakte verslaafd. ‘Ik had me nooit voorgesteld dat ik in deze situatie zou komen. Als je me dat anderhalf jaar geleden had verteld, had ik je voor gek verklaard. Het is overleven op straat. Het is hard, de mensen zijn ook hard.’
De drie vrijwilligers weten wie er langer op straat leven en wie ze nog niet eerder hebben gezien. Ze noemen ze bij naam en nieuwe gezichten worden aangesproken. ‘Wil je een muts? Wil je een sjaal? Je wilt handschoenen? Die heb ik niet. Maar hier heb je een kledingbon. Kun je bij de Reshare in de Oosterstraat kleding uitzoeken.’

'Het beeld went nooit'

‘Het is rustiger dan vorige week’, zegt Sylvester. ‘Ik denk dat ze de warmte in het Groninger Forum hebben opgezocht. De nachtopvang gaat om acht uur open. Dan hebben ze een plekje voor de nacht.’
De drie vervolgen hun weg, opnieuw de Oosterstraat in, op weg naar het Forum om te kijken of ze bekende gezichten zien. Het beeld is wrang: de restaurants puilen uit met mensen die zich tegoed doen aan allerlei lekkernijen, terwijl de mensen op de straat zich amper warm kunnen houden. ‘Soms verhard je een beetje’, vertelt Sylvester nog. ‘Maar het beeld van daklozen op straat went nooit.’