‘Er was kameraadschap, Aldel was óns bedrijf’

Klaas Pijper, oud-Aldel medewerker, met op de achtergrond Aldel
Klaas Pijper, oud-Aldel medewerker, met op de achtergrond Aldel © Loek Mulder/RTV Noord
Hoop en wanhoop wisselden elkaar dit jaar af binnen de fabrieksmuren van Aldel. Hoop was er dat de aluminiumfabriek zou overleven. Het werd een faillissement. Met voormalig OR-voorzitter Klaas Pijper blikken we terug op een roerig jaar met een beroerde afloop.
‘Ik sta hier met een zwaar gemoed’, zei Klaas Pijper in december 2021. Aluminiumsmelter Aldel zag zich vanwege de oplopende verliezen genoodzaakt de electrolysehal te sluiten. Het betekende dat hij afscheid moest nemen van 120 gewaardeerde collega’s.
Nu, een jaar later, is hem na een dienstverband van 42 jaar hetzelfde lot ten deel gevallen. Na een bestaan van 56 jaar ging Damco Aluminium Delfzijl failliet en ging de deur van de enig overgebleven aluminiumfabrikant van Nederland op slot. Nog eens tweehonderd Aldellers kwamen op straat te staan.

Een faillissement te veel

Twee faillissementen overleefden Pijper en zijn Aldel-collega’s, maar een derde bankroet was er een te veel. Hoewel het bedrijf de eerste helft van het jaar zelfs met winst draaide, kon Aldel door de hoge energieprijzen en het uitblijven van steun uit Den Haag het hoofd niet boven water houden. Dit keer stond er geen partij klaar die bereid bleek de schuldenlast van het bedrijf voor zijn rekening te nemen.
We zagen het allemaal wel aankomen, maar je valt toch in een gat
Klaas Pijper - werknemer Aldel
Eind oktober, een paar dagen nadat ook de gieterij was stilgelegd en de rechtbank Noord-Nederland het faillissement had uitgesproken, maakte Pijper zijn bureau leeg, zocht zijn persoonlijke spullen bij elkaar, zette nog wat documenten over op een usb-stick en trok de deur achter zich dicht.
‘Dat ging met een rotgevoel’, vertelt Pijper thuis op de tweezitsbank in zijn woning in de nieuwbouwwijk Ter Laan in Bedum. ‘We zagen het allemaal wel aankomen, maar je valt toch in een gat.’
De sfeer was de laatste paar maanden al lelijk verslechterd en onder het personeel groeide het gevoel dat het de verkeerde kant op kantelde. ‘Die onzekerheid heeft invloed op mensen’, vertelt Pijper, die tot midden 2021 OR-voorzitter was en het gezicht naar buiten bleef van de werknemers. ‘Het vertrouwen in de toekomst was eigenlijk wel weg. ‘Woar dou ik ’t veur? Is het zinvol wat ik dou?, vruig ik mie bie alles oaf’.’

Gas voor een dubbeltje

Pijper kwam in 1980 in dienst bij Aldel. Hij werd er bedrijfsdienstman, een manusje-van-alles die werd ingezet op de heftruck of als kraanmachinist. Aldel bestond toen veertien jaar. Het bedrijf was in 1966 naar Delfzijl gekomen na de vondst van de Slochter gasbel. Het goedkope gas en de nabijheid van een zeehaven maakten Delfzijl voor de energieslurpende aluminiumproducten tot ideale plek.
Pijper kwam er tussen Groningers en een grote groep Limburgers terecht. Die waren na sluiting van de mijnen naar het Noorden getogen om er een boterham te verdienen. Het was de tijd dat gas een dubbeltje kostte per kubieke meter. ‘Onvoorstelbaar’, verwondert Pijper zich. ‘Op het hoogtepunt een paar maanden geleden moest er 3,50 euro voor een kuub gas worden betaald.’
Je stond 24 uur per dag klaar. Werd je gebeld, dan ging je
Klaas Pijper - werknemer Aldel
Rond de duizend mensen werkten in de aluminiumproductie. Het voelde als een familiebedrijf, met een enorme verbondenheid tussen de mensen, vertelt Pijper. ‘Vaak ging het werk over van vader op zoon. Ook een van mijn zonen heeft er gewerkt. Mijn andere zoon zat in de steigerbouw en kwam er ook vaak voor klussen. Iedereen zag het als zíjn bedrijf, het was óns bedrijf. Die onderlinge verbondenheid was heel sterk.’
’Je stond 24 uur per dag klaar. Werd je gebeld, dan ging je. Daar werd helemaal niet over nagedacht.’ Die solidariteit was ook zo sterk omdat Aldel ook een sociale werkgever was, die goed zorgde voor het personeel en goed betaalde.
Pijper: ’Er was altijd een bepaalde vorm van kameraadschap. Nu nog. We hebben een appgroep met 87 Aldel-werknemers die contact houden en het hebben over de kans op een herstart.’

Klad in de aluminiumprijs

De eerste tien jaar van Pijpers Aldel-tijd draaide de aluminiumfabriek goed. De vraag naar aluminium steeg en de prijzen waren in orde. Dat veranderde begin jaren negentig toen de klad er in kwam door een sterk fluctuerende aluminiumprijs. Een periode van ups en downs begon.
Die prijs is iets waar Aldel maar weinig invloed op heeft. Het Delfzijlster bedrijf is goed voor een paar procent van de Europese aluminiumproductie en dus maar een kleintje op de wereldmarkt, waar de prijs van het metaal wordt bepaald. Was de prijs goed, dan liepen de verdiensten gelijk ook hard op. Andersom gold het eveneens. Een lage prijs betekende vaak snel stijgende verliezen.
In 2005 en later in 2009 dreigde ook al eens sluiting. Hoe vervelend was die voortdurende onzekerheid?
’Daar wen je aan. Iedereen wist dat die aluminiumbusiness zo was. Er was nooit zekerheid voor de lange termijn en we leefden altijd met de gedachte dat het volgende jaar zomaar heel anders zou kunnen zijn.’
Dat heeft lang als een donkere wolk boven Aldel gehangen.
‘Dat is zo. Regelmatig hebben we het natuurlijk ook wel aan den lijve gevoeld, met een faillissement in 2013 en nog een keer in 2017.’
Aldel
Aldel © FPS/Jos Schuurman
Na het bankroet in 2013 lag Aldel bijna 2 jaar stil, tot zakenmiljardair Gary Klesch er eind 2014 in slaagde het bedrijf weer aan de gang te krijgen. Op de aanpak van Klesch was veel kritiek, hij zou er zelf ook financieel van hebben geprofiteerd. Maar Pijper ziet het zo: ’Je kunt Klesch als een keiharde zakenman zien, maar zonder hem had Aldel al veel eerder niet meer bestaan.’
De provincie Groningen ging na het faillissement ook voor bijna 8 miljoen euro het schip in, doordat een lening aan Aldel verloren ging.
In 2017 ging Aldel opnieuw onderuit. Op het moment dat iedereen de hoop op een herstart eigenlijk had opgegeven, kocht investeringsmaatschappij York Aldel. Daartoe overgehaald door directeur Karsten Pronk die York met een slim businessplan ertoe wist te bewegen honderd miljoen euro te investeren in nieuwe elektrolyse-ovens.
Er is gewoon honderd miljoen weggegooid. Doodzonde
Klaas Pijper - werknemer Aldel
De alsmaar stijgende energieprijzen, gecombineerd met een verslechterende markt voor aluminium maakten van het hele York-plan een totale mislukking. In fasen werden de electrolyse-ovens stilgelegd en sinds eind 2021 is er daar geen gram nieuw aluminium meer uitgekomen.
‘Zo zuur’, aldus Pijper. ‘Die ovens zijn niks meer waard. Ze zijn in de oude hal blootgesteld aan vocht en wind, niemand kan er nog wat mee. Er is gewoon honderd miljoen weggegooid. Doodzonde.’ York was blij van Aldel af te kunnen en verkocht het aan directeur Chris McNamee, die de Zwitserse multinational Glencore als financier achter zich had.
Aldel heeft voortdurend voor hulp aangeklopt in Den Haag. Steun bleef uit. Hoe kijkt u daarnaar?
Pijper: ‘We hebben in 2013 gevraagd om een stroomprijs waarmee Aldel kon concurreren met aluminiumbedrijven in andere Europese landen. Ook het afgelopen jaar hebben we daarvoor gepleit. Waar andere landen hun aluminiumindustrie wel overeind hielden, wilde het kabinet er niet op in gaan. We hadden onze hoop op Den Haag gevestigd, maar we voelen ons erg in de steek gelaten.’
Waarom maak je je zo druk over sluiting van Aldel? Er is werk genoeg in het Noorden
Henk Kamp - toenmalig minister van Economische Zaken
‘Het kabinet vond het geen probleem wanneer Aldel failliet zou gaan. We zaten in 2013 met minister Henk Kamp van Economische Zaken om de tafel en hij zei letterlijk: ‘Waar maken jullie je in het Noorden zo druk over. Het is jammer dat het bedrijf misschien dicht moet, maar er is immers genoeg ander werk’.’
Volgens Pijper heeft Den Haag altijd een dubbele agenda gehad. Er waren in het Klimaatakkoord afspraken gemaakt over het terugdringen van CO2-uitstoot en met het wegvallen van Aldel zou het kabinet wat betreft die uitstoot een aardig aandeel van het Klimaatakkoord kunnen invullen.
Waar het goedkope gas de reden was dat Aldel in Delfzijl neerstreek, heeft datzelfde gas uiteindelijk de aluminiumonderneming ook de das omgedaan.
Ziet u nog kansen voor een herstart?
‘Het wordt me vaak gevraagd. Er zijn er die er nog altijd op hopen. Zelf verwacht ik het niet, maar dat dacht ik in 2013 ook en tot mijn verbazing gebeurde het wel. Toch zal het nu vanwege de hoge energieprijzen een stuk moeilijker zijn. Bovendien is er veel geld nodig om de zaak weer op te starten. De gieterij is toe aan een nieuw dak, er moet geld worden gestoken in verduurzaming, er moeten nieuwe, energiezuinige gasovens geïnstalleerd worden. Je hebt het over tientallen miljoenen aan investeringen in een oude fabriek uit de zestiger jaren. Ik denk niet dat iemand daar nog brood in ziet. Reken daarbij de politieke onwil in De Haag. Nee.’
Gaat u er nog eens kijken?
‘Ik heb het afgesloten. Ik doe nog wat vrijwilligerswerk voor het FNV waarbij ik oud-Aldelmedewerkers help, bijvoorbeeld bij het regelen van scholing. En we zijn bezig met de afwikkeling van het sociaal plan. Maar ik hoef er niet meer zo nodig naartoe. Het zal ook wel wat zeer doen, ik heb er zóveel voetstappen liggen.’