Stadjer filmt oorlog in Oekraïne: ‘Ik ga terug om verhalen te blijven maken’

Martijn Pot met NOS-verslaggever Sander van Hoorn
Martijn Pot met NOS-verslaggever Sander van Hoorn © Eigen foto/beeldbewerking RTV Noord
Als ervaren cameraman heeft Martijn Pot al veel gezien en meegemaakt. Voor diverse landelijke omroepen reist de Stadjer bijna de hele wereld af om verhalen te maken. Dit jaar is hij voor de NOS en Nieuwsuur zes keer naar Oekraïne geweest. Een land dat al bijna een jaar strijdt tegen de Russische bezetter. ‘Wat ik in Oekraïne heb gezien, grijpt me bij mijn strot. Maar ik ga weer terug.’
Begin dit jaar kan de 47-jarige Pot niet bevroeden dat hij verhalen gaat maken vanuit de loopgraven in Oekraïne. Wanneer hij vanuit de NOS de vraag krijgt om naar Oekraïne te gaan, twijfelt hij geen moment. ‘Je moet wel een beetje gek zijn om dit werk te doen, maar ik heb er een enorme passie voor. Het is zeker in deze tijd belangrijk om te laten zien en uit te leggen wat er gebeurt in Oekraïne.’

Passie als cameraman niet altijd begrepen

Met de feestdagen is Pot thuis in Groningen. Hij is een gescheiden man met drie dochters. ‘In deze periode wil ik niet in Oekraïne zijn, ik moet er nu voor hen zijn. Ze begrijpen mijn passie als cameraman niet altijd en hebben ook aangegeven het wel te pittig te vinden als ik nu weg zou zijn.’
Tijdens de montage heb ik enorm moeten huilen
Martijn Pot - cameraman
Terwijl Pot in het betrekkelijk rustige Groningen de feestdagen viert, gaan de gedachten snel terug naar de zes keer dat hij dit jaar oog in oog stond met dood en verderf in Oekraïne.
Martijn Pot schoof aan in Noord Vandaag:
‘Wat ik in Oekraïne heb gezien, grijpt me bij mijn strot'

Heel verdrietig

‘Ik ben een paar keer heel verdrietig geweest. We maakten in Kiev een verhaal met een Oekraïense vrouw. Ze had net haar man verloren, hij was omgekomen bij het front in Severodonetsk. We hadden een interview met haar. Ik ben de taal niet machtig, dus ik kreeg het verhaal tijdens de opname niet goed mee. Tijdens de montage kreeg ik de vertaling en toen drong het goed tot me door. Ze sprak op de begrafenis met een Oekraïense vlag om haar heen naast de open kist van haar omgekomen man. Haar woorden waren zo indrukwekkend: ‘We moeten blijven doorvechten, zodat de dood van mijn man en al die anderen niet voor niets is. We zullen overwinnen en dat staat vast’. Tijdens de montage heb ik enorm moeten huilen. Dat heb ik dit jaar wel vaker meegemaakt.’
De vele indrukken probeert Pot zo goed en zo kwaad als het gaat een plek te geven. Hij wordt daarbij goed ondersteund door zijn opdrachtgever, de NOS.

Psycholoog geregeld

‘Vanuit de NOS is een psycholoog geregeld die gewend is aan dit soort verhalen. Ik ben tot de conclusie gekomen dat het goed is om met een psycholoog te praten. Tegelijkertijd heb ik geen last van alles wat ik daar heb meegemaakt. Ik ben er voor mijn werk en kijk er met een professionele blik naar. Daarnaast praat ik op locatie ook veel met mijn collega’s over onze avonturen. Dat helpt, waardoor ik het goed kan verwerken. Het klinkt misschien gek, maar ik heb meer last gehad van de rellen tijdens Project X in Haren (Pot werkte daar ook als cameraman, red.). Daar was ik bang, ik heb veel klappen gekregen in Haren. In Oekraïne voel ik me, hoe gek het wellicht ook klinkt, betrekkelijk veilig.’
Martijn Pot in gesprek met een local
Martijn Pot in gesprek met een local © Eigen foto
Pot maakt in Oekraïne regelmatig mee dat raketten dichtbij inslaan. ‘Ik was in een hotel in Charkov en Dnipro toen de raketten insloegen. Dan lig ik wel te trillen in mijn bed.’

Dagelijks luchtalarm

Het geluid van het luchtalarm maakt hij dagelijks mee. Op sommige plekken is dat geluid bijna continu te horen. Zoals in Kramatorsk, een stad in het oosten van Oekraïne.
‘Het is inmiddels een spookstad’, zegt Pot. ‘Er is daar zoveel kapot gemaakt, zoveel mensen die op de vlucht zijn geslagen. De paar mensen die er nog zijn, hebben eigenlijk niets om van te leven. Een man probeerde er nog melk te venten op straat, terwijl hij geen schoenen aan had. In Kramatorsk stond het luchtalarm altijd aan, ging het een keer een minuutje uit, dan hoorde je verderop de artillerie met doffe donkere klappen. Daar word je echt stil van.’
Gewonde soldaten krijgen een houten stompje en gaan terug naar het front
Martijn Pot
Het is voor de Groninger en zijn ervaren collega’s van de NOS hard werken. Ze maken wel vijf verhalen op een dag, slapen is er nauwelijks bij. Wanneer hij een oog dicht doet, wordt hij vaak weer wakker door het luchtalarm. Hoe zwaar ook, het hoort bij zijn vak. Verhalen maken in een land dat in vuur en vlam staat.

Geamputeerde soldaten

Pot vertelt hoe hij even buiten Lviv opnames maakte bij een militair ziekenhuis waar geamputeerde soldaten heen worden gestuurd. ‘Ik heb daar jochies gezien waarvan ik dacht: ben jij überhaupt oud genoeg voor een brommerrijbewijs? De gewonde soldaten worden daar snel opgelapt, en dat kunnen ze heel goed in Oekraïne. Alleen doen ze dat niet zoals wij het gewend zijn. Ze krijgen daar een houten stompje en gaan dan weer terug naar het front om te vechten.'
Martijn Pot aan het werk in een trein
Martijn Pot aan het werk in een trein © Eigen foto
Terwijl hij daar met zijn team een verhaal maakt, gaat het luchtalarm af. ‘Iedereen moest naar de schuilkelder. Alleen de dubbel geamputeerden bleven in de hal achter, op hun bed. Zij konden niet met bed en al naar beneden. Gelukkig sloeg er geen raket in.’

Nieuws ligt letterlijk op straat

Het nieuws ligt in Oekraïne letterlijk op straat, zegt Pot. ‘Er zijn zoveel verhalen om te maken. Op een dag waren we onderweg naar het station in Pokrovsk. Daar werden mensen door de regering opgedragen te vluchten, omdat het te gevaarlijk was. Veel vrouwen sloegen daar op de vlucht. We reden in ons busje naar het station en onderweg zag ik een man staan in de berm. We stapten uit en spraken een man van 72 jaar, een trotse man. Hij had twee koeien, een moestuin en zijn ouders liggen daar op een begraafplaats. Hij wilde niet vluchten. Wanneer de Russen zouden komen, dan zou hij wel gaan vechten.’
Ondanks alle ellende heb ik allerlei vriendschappen gesloten
Martijn Pot
Ook het verhaal van een Russische deserteur staat hem nog helder voor de geest. Hij is dan in de net bevrijde gebieden rond Izium in de Donbas.
’Het was daar het Wilde Westen. Alleen maar vernietiging, kapotte rokende tanks en weilanden vol met raketten en mijnen. Kapotte elektriciteitsmasten, niks werkte meer. We spraken daar een Oekraïense commandant die vertelde dat ze een Rus in het leger hadden. Wij hebben deze Rus gesproken. Hij zou in eerste instantie vechten namens de Russen. Hem was verteld dat ze tegen Amerikaanse huurlingen moesten strijden, alleen dat bleek niet waar te zijn. Nadat hij met zijn bataljon gearresteerd werd, gaf hij aan niet te willen vechten tegen Oekraïners en heeft zich overgegeven. Nu repareert hij op enkele kilometers van het front tanks voor Oekraïne.’
Martijn Pot stuurt zijn materiaal door
Martijn Pot stuurt zijn materiaal door © Eigen foto

Bijna een jaar geleden

De invasie door Rusland begon bijna een jaar geleden. Pot vraagt zich inmiddels wel af hoe lang Oekraïne de strijd nog volhoudt. ‘Ze moeten zoveel offers brengen en er gaan zoveel mensen dood. Begraafplaatsen liggen er vol met verse graven. Het is er zo vol dat ze ook naast begraafplaatsen komen te liggen.’
Ondanks al het verdriet dat Pot tegenkomt en het gevaar dat letterlijk op elke hoek van de straat schuilt, wil hij wel weer terug. ‘Ik ben gewoon heel benieuwd en nieuwsgierig hoe het er nu is. Daarnaast heb ik ondanks alle ellende allerlei vriendschappen gesloten, zoals met onze chauffeur. Ik zou hem graag weer willen zien en spreken.’