Huisarts uit Haren vrijgesproken van opmaken valselijke verklaring doodsoorzaak vrouw (96)

Beeld uit de rechtbank
Beeld uit de rechtbank © Jos Schuurman/FPS
Een huisarts uit Haren is vrijgesproken van het valselijk opmaken van een verklaring over de doodsoorzaak van een 96-jarige vrouw in Haren. Het Openbaar Ministerie (OM) eiste eerder een voorwaardelijke taakstraf van dertig uur.
De hoogbejaarde vrouw overleed in augustus 2020. Ze zou tegen haar zin overgeplaatst worden naar een verzorgingshuis, omdat ze zich niet langer zelfstandig kon redden.
Op de eerste werkdag na de vakantie besloot de arts om nog even bij de oude vrouw langs te gaan. Ze stuitte op ambulancemedewerkers en medewerkers van een zorgorganisatie. De bejaarde vrouw lag op sterven.

Wel moeten twijfelen

Kort daarna overleed de patiënte. In de door de arts afgegeven verklaring stond dat de vrouw door een natuurlijke dood was gestorven. De rechter vindt geen wettig en overtuigend bewijs dat die verklaring valselijk is opgesteld.
Wel had de arts moeten twijfelen toen de kleindochter met het verhaal op de proppen kwam dat oma uit een bruin flesje had gedronken. Het flesje is nooit gevonden. De inhoud kon daardoor nooit worden onderzocht.

Zelfverwaarlozing valt niet uit te sluiten

Uit een bloedonderzoek bleek dat de oude vrouw pesticide in haar bloed had. In het rapport stond dat het ‘naar alle waarschijnlijkheid een niet natuurlijk overlijden betrof als gevolg van een geslaagde suïcide middels zelfvergiftiging met parathion’.
Het oordeel van de arts dat de vrouw door zelfverwaarlozing en uitdroging is overleden valt echter ook niet uit te sluiten, oordeelde de rechter.

Aanbod OM-taakstraf

Mogelijk is er wel sprake van een overtreding van de Wet op lijkbezorging, maar dat werd de arts niet door het OM verweten. Dan kan de rechter hier ook niet over oordelen.
Het OM bood een tijd geleden de huisarts een taakstraf aan, vergezeld van een geanonimiseerd persbericht bij wijze van waarschuwing aan de beroepsgroep. Dat aanbod sloeg de arts af. Ze heeft vervolgens 2,5 jaar op de verdere afdoening moeten wachten.