Waakvlam van het gasveld kan wel uit, maar is dat wel verstandig?

Een affakkelvlam (links) en Hans Vijlbrief
Een affakkelvlam (links) en Hans Vijlbrief © ANP Robin Utrecht/Kees van de Veen/Bewerking RTV Noord
De gaskraan in Groningen kan dicht, zonder dat hij definitief op slot gaat. Dat zei staatssecretaris Hans Vijlbrief (D66) van Mijnbouw woensdag in een debat met de Tweede Kamer. De vraag is alleen of dit wel verstandig is.
Het Groninger gasveld staat op dit moment op de waakvlam. Dat houdt in dat er net genoeg gas wordt gewonnen zodat de installaties blijven draaien. Als het aan Gasunie ligt, blijft dat zo tot in de loop van volgend jaar, zo liet de netwerkbeheerder dinsdag weten. In geval van nood kan er dan maximaal 1,5 miljard kuub extra gas worden gewonnen.

Noodfunctie gaat verloren

Een meerderheid van de partijen in de Tweede Kamer wil nog steeds dat de gaskraan zo snel mogelijk dicht gaat. PvdA-Kamerlid Henk Nijboer vraagt of die waakvlam écht nodig is. ‘Kan het veld niet dicht, zonder dat de gasputten definitief worden gesloten en volgestort met beton?’
‘Dat kan’, zegt Vijlbrief. Maar het probleem is dat het veld niet snel ‘aan’ kan, als het opeens erg koud wordt of de aanvoer van buitenlands gas plotseling stokt. ‘Weer winnen kan dagen tot twee weken duren, dus dat moeten we ver van tevoren weten.’ Daarmee verliest het Groninger gasveld een belangrijke functie: gas leveren als er een tekort is.
Hoewel het advies is om het gasveld dus nog een jaar open te houden, wil Vijlbrief daar nog niet aan. ‘Geef mij gewoon de tijd, ik weet niet wat er geopolitiek gebeurt. Misschien zijn er nog omstandigheden te regelen dat het wel lukt om het veld dit jaar te sluiten.’ In juni neemt de staatssecretaris een besluit.

Zijn in 2028 alle huizen versterkt?

Tijdens het debat vroegen partijen zich ook af of het nog wel haalbaar is om in 2028 de versterking af te ronden, zoals nu nog altijd het plan is. ‘In 2021 zijn ongeveer duizend huizen versterkt. Met dat tempo gaat het nog twaalf jaar duren’, zegt PVV-Kamerlid Alexander Kops. ‘Dit gaat te langzaam.’
De zorgen werden vorige week benadrukt door de gemeente Eemsdelta. Bij de presentatie van het versterkingsplan voor dit jaar liet de gemeente weten dat 2028 ‘niet realistisch is’. De Nationaal Coördinator Groningen (NCG) is nog volop bezig met het versterken van huizen waar de afgelopen jaren al opdracht voor is gegeven. Daardoor is er weinig ruimte om dit jaar met nieuwe adressen te starten.
Vijlbrief snapt de zorgen uit Eemsdelta, maar zegt opnieuw dat hij aan 2028 vast wil houden. ‘De NCG gaat ervan uit dat men later in het proces meer tempo kan maken. Ze hebben ervoor gekozen eerst de moeilijke gevallen te doen. De komende jaren kunnen ze dus meer huizen vertimmeren.’

Bewust geen schade melden

PvdA en SP zeiden zich in het debat ook zorgen te maken om het grote aantal inwoners dat bevingsschade niet meld. Uit onderzoek in opdracht van het ministerie van Economische Zaken blijkt dat bij 53 procent van de huizen in het bevingsgebied geen schade is gemeld. ‘Dat is immens’, zegt Nijboer. De Groningse Kamerleden vermoeden dat bewoners geen schade melden, om te voorkomen dat ze in ellenlange procedures terechtkomen.
Vijlbrief vindt het percentage niet-melders ook te hoog en gaat met de Groninger Bodem Beweging, het Gasberaad en Stut en Steun in gesprek om daar iets aan te doen. Een oplossing kan volgens hem zijn dat het IMG niet vijfduizend euro, maar gelijk tienduizend euro uitkeert als een bewoner voor de eerste keer schade meldt. ‘De drempel moet zo laag mogelijk worden gehouden’, zegt Vijlbrief.