Voorvechter excuses voor Groninger slavernijverleden: 'Het is geen wij-zij-verhaal'

Jim Lo-A-Njoe
Jim Lo-A-Njoe © Eigen foto
'Beter laat dan niet. Wij zijn hier al sinds 2018 mee bezig. We lopen hier al lang aan te duwen en te trekken', aldus Jim Lo-A-Njoe. De fractievoorzitter van D66 in de Groninger gemeenteraad is blij met het principebesluit van B en W om excuses te maken voor de rol van Groningen in de Trans-Atlantische slavenhandel.
Het historische onderzoek naar de exacte rol van Stad en Ommeland in de slavernij is naar verwachting komend najaar afgerond. Als het aan Lo-A-Njoe ligt, wacht het stadsbestuur daar niet op. 'Wat ons betreft worden die excuses uitgesproken op 30 juni 2023. Dan begint het herdenkingsjaar, omdat het dan 150 jaar is geleden dat de slavernij in Suriname en op de Antillen werd afgeschaft.'

Monument

Het uitspreken van de excuses door het stadsbestuur zou wat de D66-fractievoorzitter betreft moeten gebeuren op de plek waar ook het toekomstig monument komt te staan, dat bedoeld is als herinnering aan de rol van Groningen in de slavernij.
Keti Koti
Met de invoering van de Emancipatiewet op 1 juli 1863 schafte de Staat der Nederlanden de slavernij in Suriname en op de Antillen af. Dat is dit jaar 150 jaar geleden en dat wordt op 30 juni herdacht.

Op 1 juli wordt de herwonnen vrijheid gevierd. Deze jaarlijkse, van oorsprong Surinaamse feestdag staat bekend als Keti Koti, wat 'ketenen gebroken' betekent. Het is een verwijzing naar de ketenen waarmee plantagehouders tot slaaf gemaakten gevangen hielden.

Andere steden, zoals Amsterdam, besloten al eerder om excuses te maken. Dat Groningen dit nu ook gaat doen, gaat Lo-A-Njoe ook persoonlijk aan het hart. 'Ík heb voorouders van verschillende continenten, onder wie tot slaaf gemaakten. Maar ik heb ook voorouders die tot de migranten behoorden en na de afschaffing vervolgens de arbeid moesten overnemen. Dat zijn allemaal losse verhalen die in de kolonies zijn samengekomen. En die ik met mij meedraag.'
Die excuses zijn namens het huidige stadsbestuur voor de rol en de keuzes van onze rechtsvoorgangers
Jim Lo-A-Njoe - Fractievoorzitter D66
Dat het historisch onderzoek naar het Groninger slavernijverleden op 30 juni nog niet is afgerond, is niet erg, zegt Lo-A-Njoe: 'Het onderzoek heeft zijn eigen tijd nodig. Maar het zou mooi zijn als de onderzoekers voorafgaand aan de viering van Keti Koti alvast kunnen delen wat ze feitelijk boven water hebben gekregen. Maar de onderzoekers moeten de rust en vrijheid hebben om te doen wat ze moeten doen. Daar moeten wij als politiek ons niet mee bemoeien.'

Voor één zesde eigenaar

De rol van Groningen in de slavernij moet niet worden onderschat, legt Lo-A-Njoe uit: 'We weten al dat de stad Groningen samen met de Ommelanden een zogeheten 'kamer' had in de West-Indische Compagnie. Daarmee waren zijn voor één zesde eigenaar van de West-Indische Compagnie. Dat is een substantieel belang in de Trans-Atlantische slavenhandel. En het lijkt erop dat de bestuurlijke elite via andere constructies ook andere aandelen hadden in de West-Indische Compagnie. Ik ben heel benieuwd wat de onderzoekers daarover te vertellen hebben.'
Dit gaat echt om de bestuurlijke verantwoordelijkheid van de stad Groningen en de Ommelanden
Jim Lo-A-Njoe - Fractievoorzitter D66
Hoogstwaarschijnlijk hebben de Groninger bestuurders van destijds behoorlijk verdiend aan de slavernij, aldus de D66-politicus. 'Sowieso de stad Groningen. Die excuses zijn namens het huidige stadsbestuur voor de rol en de keuzes van onze rechtsvoorgangers.'

Misverstand

Lo-A-Njoe benadrukt dat het niet gaat om excuses van de mensen die nu leven. 'Dat is een veelgehoord misverstand. Dit gaat echt om de bestuurlijke verantwoordelijkheid van de stad Groningen en de Ommelanden.'
'Het gaat niet om een wij-zij-verhaal. Het gaat om erkennen van wat er in de geschiedenis gebeurd is. En minstens zo belangrijk: de doorwerking van het slavernijverleden in het heden. In die zin zie ik een slavernijmonument en excuses als het begin van een dialoog over hoe we met elkaar omgaan in dit land.'